Duurzaamheid

Dat een schildpad als koudbloedig reptiel zeer duurzaam is en dus zeer zuinig met energie is, moge duidelijk zijn. Echter het houden van schildpadden, dus een koudbloedige (reptiel) is zeker niet duurzaam. Deze dieren hebben energie slurpende externe warmte nodig in de vorm van warmtelampen, warm water en een aangename omgevingswarmte. Energiezuinige LED lampen geven alleen licht maar niet of nauwelijks warmte en zijn dus niet geschikt. Zaak is dan om op een zo duurzaam mogelijke manier de dieren te huisvesten zonder dat het dierenwelzijn in het geding komt. Uiteindelijk moeten we als niet gesubsidieerde opvang elke maand zelf de energierekening ophoesten…

Om ons stroomverbruik te compenseren hebben wij 182 zonnepanelen met een vermogen van 63KW (63.000 WP) Deze compenseren op dit moment twee derde van ons elektrisch verbruik. Dit is een goed begin, maar we zijn er helaas nog niet. Zo zijn we ook maatregelen aan het nemen om ons gas- en waterverbruik te verminderen. 

De panelen op dak 1 en 2 (zie onderstaande foto’s) zijn tweedehands aangeschaft, afkomstig van een zonneveld in Duitsland. Elke 4 a 5 jaar worden daar de panelen vervangen en komen dan heel goedkoop weer op de markt. Inmiddels zijn nieuwe zonnepanelen veel betaalbaarder qua afmetingen en opbrengsten. Daarom hebben wij gekozen voor nieuwe panelen met een hogere opbrengst qua afmeting voor zonnedak 3 en 4.

Om zoveel mogelijk energie direct te gebruiken en ons lokale stroomnet te ontlasten zijn de nieuwste (dak 3&4) panelen oost-west geplaatst. Zo kunnen wij gedurende de gehele dag de opbrengst langer verdelen en direct omzetten in vooral warmte voor de schildpadden. Het overschot aan energie slaan wij thermisch op in boilers en de vijvers zelf. Op deze wijze kunnen we de warmte de gehele nacht gebruiken wanneer de zon niet schijnt.  Het opslaan van energie in batterijen staat nog te veel in de kinderschoenen,  hiermee wachten wij totdat dit vooral betaalbaarder wordt. 

Een reptielenopvang verbruikt veel meer energie dan een regulier dierenopvangcentrum. Dit omdat reptielen, dus ook schildpadden koudbloedig zijn, zij hebben dus een externe warmtebron nodig om goed te kunnen opwarmen. Reden dat hier goed over nagedacht moeten worden omdat anders de kosten voor energie de exploitatiekosten enorm doen stijgen. Daarbij moeten de dieren niet lijden onder besparing van energie, zij moeten alles hebben wat ze nodig hebben.

Onze opvang verbruikt evenveel energie dan tien gemiddelde gezinnen! Wij zijn vanaf de start van de opvang al bezig met slimme toepassingen om energie te besparen. Zo worden alle lampen, pompen en verwarmingen via een slim domotica systeem geschakeld en bewaakt. Dit zelf “denkende” systeem kan beslissingen maken op basis van algoritmes die wij hebben ingevoerd. Het systeem houdt zelfs rekening met jaargetijden zodat er op een natuurlijke manier bespaard kan worden in de koude en dan juist dure energie tijd. Schildpaddensoorten die een natuurlijke winterrust kennen worden minder belicht en verwarmd. Soorten die dit juist niet kennen worden juist extra belicht en verwarmd. Per verblijf kunnen keuzes worden gemaakt waarbij het soorteigengedrag en eigenschappen op basis van gewenste temperaturen, vochtigheid, daglengtes en warmte zo goed mogelijk worden nagebootst.

In het jaar 2021 en vooral 2022 is gebleken dat energieprijzen enorm kunnen stijgen, reden genoeg om niet stil te blijven staan en met grote spoed maatregelen door te voeren. Samen met de hulp van Stichting Dierenlot, waarvan wij een donatie en duurzaamheidslening hebben ontvangen kunnen we dit allemaal veel sneller realiseren.

Zo hebben wij met de duurzaamheidslening van Dierenlot, in 2022, zonnedak 3 en zelfs 4 kunnen bouwen met 54 extra zonnepanelen oost-west geplaatst.

” Oost-West plaatsing van onze panelen zorgt voor een bruto maximale piek van 35.000 Watt in plaats van een maximale piek van 63.000 Watt. Netto leveren wij maximaal met aftrek van ons eigen verbruik circa 20.000 Watt terug aan het net. Hiermee ontlasten wij ons net en kunnen wij elke maand besparen op onze capaciteitskosten van de netbeheerder. “